In dienst van racen
Toen in 1957 de serieproductie van de Ford Thames 400E begon, won hij de harten van de Britse compacte bestelwagenwereld. Al snel werd de kleine Ford - aangedreven door een 53 pk sterke motor (vanaf 1963 met 55 pk) - in verschillende standaardversies gezien in het linkse verkeer van het Britse eiland. Er waren echter veel niches, die niet door Ford konden worden bediend. Dit bracht een aantal zeer gemotiveerde monteurs naar de scène die deze klantwensen wilden vervullen.

Ford bood deze specialisten onderdak door alleen het chassis van de Thames 400E te verkopen. Onder deze nicheleveranciers bevonden zich enkele specialisten die op het kale chassis een bed op maat bouwden voor een kleine raceauto. Dat was een echt alternatief voor de dure racetrucks voor de minder financieel sterke raceteams op dat moment. Naast de basisversies - opgebouwd uit traanplaat - waren er ook enkele pick-upversies van de Ford Thames 400E racetruck verkrijgbaar. Het was mogelijk om de laterale en achterste achterkleppen te verwijderen om het laden mogelijk te maken. Het maakt niet uit welke versie je had, handig was de mogelijkheid om als buffer een of twee banden tussen de bestuurderscabine en de racewagen te plaatsen.

Al deze verschillende versies van racetrucks hadden hetzelfde doel: de racegemeenschap een goedkoop alternatief voor transport voor hun raceauto's bieden. Hoewel de productie van de Type Thames in 1965 stopte, duurde de aanwezigheid van de Ford Thames-racetruck in de racescene tot eind jaren 60.